achtergrond
Denn er hat seinen Engeln befohlen is een compositie van Felix Mendelssohn Bartholdy (1809-1847), een prominente componist uit de vroege Romantiek. Mendelssohn was een veelzijdig componist, bekend om zijn orkestrale, vocale, en kamermuziekwerken. Dit specifieke werk is een motet gecomponeerd in 1844, en maakt deel uit van zijn oratorium Elias. De tekst is afkomstig uit Psalm 91, vers 11-12, en betekent vertaald: “Want Hij zal Zijn engelen bevelen over u, dat zij u bewaren in al uw wegen. Zij zullen u op de handen dragen, opdat gij uw voet aan geen steen stoot.”
Mendelssohns benadering van religieuze muziek was geworteld in de traditie van Bach en Händel, maar hij bracht er zijn eigen Romantische gevoeligheid in. Het motet is geschreven voor achtstemmig koor (SSAATTBB) en is een voorbeeld van Mendelssohns meesterlijke gebruik van polyfonie en harmonische kleur. Het begint met een serene en rustige sfeer, waarin de stemmen geleidelijk worden geïntroduceerd. Zijn gevoel voor balans tussen de verschillende vocale lijnen is hier duidelijk hoorbaar. De dynamiek varieert subtiel, waardoor bepaalde woorden en frasen meer nadruk krijgen, zonder dat het geheel zijn rustige karakter verliest.
Denn er hat seinen Engeln befohlen is door Cappella Amsterdam onder leiding van dirigent Daniel Reuss uitgevoerd in concertreeks De Grootinquisiteur. Op verzoek van Cappella Amsterdam is het concert gefilmd door productiebedrijf MILLK in De Vereeniging, Nijmegen. De audio is geregistreerd door A-A-AUDIO.
liedtekst
Denn Er hat seinen Engeln befohlen über dir,
daß sie dich behüten auf allen deinen Wegen,
daß sie dich auf den Händen tragen
und du deinen Fuß nicht an einen Stein stoßest.
uitvoerenden
Cappella Amsterdam
Daniel Reuss dirigent
