Discografie

Arvo Pärt: album Kanon Pokajanen

ontdek

De Kanon Pokajanen (Canon van Berouw), die in maart 1998 in première ging, wordt beschouwd als Arvo Pärts meest monumentale compositie.

Het langdurige creatieve proces, waarin hij de tekst in Kerkslavisch zorgvuldig heeft geassimileerd, en de strakke en subtiele stijl van het werk belichamen dezelfde oprechtheid en dezelfde spirituele en contemplatieve uitstraling als een iconen schilderij.

Pärt kreeg de opdracht van Keulen om een werk te schrijven ter gelegenheid van het 750-jarig bestaan van de bouw van de Dom van Keulen. Hij voltooide de compositie in 1997, en deze ging in première in de Dom van Keulen op 17 maart 1998.

Kanon Pokajanen vertoont kenmerken van Pärts tintinnabuli-stijl, en het stuk blijft bijna uitsluitend in d-klein, waarbij het alleen afwijkt in bijzonder expressieve passages en soms bij slotcadensen. Over het geheel genomen blijven de melodieën en harmonieën vrij statisch.

Misschien wel de grootste van de ‘heilige minimalisten’ (samen met Henryk Górecki en Sir John Tavener), beschrijft Arvo Pärt zijn ontmoeting met de tekst en de weg naar het componeren van dit werk als volgt: “Vele jaren geleden, toen ik me voor het eerst verdiepte in de traditie van de Russisch-Orthodoxe Kerk, kwam ik een tekst tegen die diepe indruk op me maakte, hoewel ik die destijds waarschijnlijk nog niet volledig begreep. Het was de Canon van Berouw.

Sindsdien ben ik vaak teruggekeerd naar deze verzen, langzaam en moeizaam zoekend naar de betekenis ervan. Twee koorcomposities (Nun eile ich…, 1990, en Memento, 1994) waren de eerste pogingen om de canon te benaderen. Toen besloot ik om de tekst in zijn geheel op muziek te zetten, van begin tot eind. Dit stelde me in staat er volledig in op te gaan en me eraan te wijden; en ten minste tot ik de partituur had voltooid, hield deze tekst me in zijn greep. Een soortgelijke ervaring had ik tijdens het werken aan Passio.

Het heeft me meer dan twee jaar gekost om de Kanon Pokajanen te componeren, en de tijd ‘die we samen doorbrachten’ was buitengewoon verrijkend. Misschien verklaart dat waarom deze muziek zoveel voor me betekent.”

Bestel via Bol.com

recensies

★ ★ ★ ★ ★

In striving to get to the essence of the words, Pärt has created ‘a precious island in the inner seclusion of our soul’, and Cappella Amsterdam under Daniel Reuss more than do justice to Kanon Pokajanen’s distilled purity and sublime beauty.

Gramophone Magazine

★ ★ ★ ★ ★

Pärt himself indicated that in the Kanon, he “wanted the word to be able to find its own sound, to draw its own melodic line,” to which one might add in order to “build its own larger shapes” as well. The work is thus suited well to the sound of the Cappella Amsterdam under Daniel Reuss, not one of the usual choirs that interpret Pärt with a maximum of purity, but add expression and just a bit of vocal heft. The results are impressive and carry a sense of the ecstasy inspired by the very best Pärt performances.

AllMusic Review

 

Bestel via Bol.com